Afgelopen weekend bezocht ik de Nationale Kunstdagen in Gorinchem—een evenement dat bekendstaat om zijn diversiteit, toegankelijkheid en warme sfeer. Dit jaar voelde dat sterker dan ooit: betrokken bezoekers, rust, nieuwsgierigheid en een mooi samenspel van stijlen en disciplines.
Zodra ik binnenkwam, viel de enorme variatie meteen op. Schilderkunst, fotografie, keramiek, ruimtelijk werk—alles stond naast elkaar zonder te overheersen. Wat de dag voor mij bijzonder maakte, waren de gesprekken met kunstenaars die met zoveel openheid vertelden over hun proces en materiaalgebruik.
Kunstenaars die mij opvielen
Tussen alle stands waren er twee kunstenaars die er voor mij echt uitsprongen:
- Luuk de Werd — met zijn krachtige, verfijnde stijl en een techniek is dit een kunstfotografie die direct raakt.
- Laura Boudesteijn — door haar gevoel voor portretten, balans en de rust die haar werk uitstraalt.
Een evenement om aan te raden
Wat me het meest bijbleef? De oprechte aandacht van zowel bezoekers als deelnemers. Mensen namen de tijd om te kijken, te luisteren en écht te ervaren. Dat maakt de Nationale Kunstdagen zoveel meer dan een beurs; het is een plek waar kunst, makers en liefhebbers elkaar op een natuurlijke manier vinden.
Ik ging naar huis met nieuwe inspiratie, fijne gesprekken en een hernieuwde waardering voor hoe kunst ons kan raken, verbinden en even stil kan laten staan.
